Onze maatschappij maakt een grote digitale transformatie door. Technologie wordt steeds toegankelijker en treedt steeds meer ons dagelijkse leven binnen. Voor veel mensen is de smartphone de toegangspoort naar allerlei vormen van dienstverlening, sociaal contact en vrijetijdsbesteding. We boeken online een reis, bestellen pizza of voeren bankverrichtingen uit.
Welke technologische ontwikkelingen hebben de afgelopen jaren plaatsgevonden?
Het Internet of Things
Het Internet of Things (IoT) bestaat uit apparaten met sensoren en software, die in verbinding staan met het internet en met elkaar. Mobiel internet, sociale netwerken en het ‘Internet of Things’ leiden tot hyperconnectiviteit: alles en iedereen staat met elkaar in contact en informatie is altijd, overal en onmiddellijk beschikbaar. Tegelijkertijd leidt dit tot een extreem grote hoeveelheid data. Slim analyseren en combineren van al die data leidt tot nieuwe inzichten en betere informatie, op grond waarvan nieuwe producten, diensten en business modellen worden ontwikkeld. Er is een grote behoefte aan methoden om Big data te ontsluiten, doorzoeken en beheren. Wat is Big data precies? Er is geen vaste definitie van Big data. Data komt in allerlei vormen, zoals getallen, tekst, audio of video. En wat is groot? Volgens de een staat het voor de mate waarin het geanalyseerd kan worden. Voor de ander staat Big data niet voor de omvang, maar voor een ontwikkeling. Een trend waarbij steeds meer data verzameld wordt en door verbeterde hard- en (statistische) software verbanden en relaties in kan worden ontdekt. Omdat alle mogelijke apparaten sensoren krijgen en de gemeten data wordt verzameld en doorgegeven, ontstaat er een enorme hoeveelheid data waarmee nieuwe producten en diensten kunnen worden ontwikkeld.
IoT kent een groot aantal toepassingsdomeinen. Denk aan de gezondheidszorg, industriële productie, logistiek en domotica (het toepassen van elektronica in huis om het leven in huis makkelijker te maken). Voor velen zal de ‘huisautomatisering’ niet onbekend in de oren klinken. Zo kunnen we tegenwoordig op afstand inloggen op ons beveiligingssysteem, de temperatuur regelen en alvast de wasmachine aanzetten.
Internettechnologie in combinatie met Big data vormt de drijvende kracht achter de ontwikkeling van zogenaamde digitale platformen. Een digitaal platform verschaft partijen een technologische basis voor het distribueren en samenvoegen van diensten en/of content van de aanbieders van die diensten en/of content naar eindgebruikers.
Met de ontwikkeling IoT hangen andere ontwikkelingen samen, zoals Kunstmatige intelligentie (Artificial Intelligence (AI)). Veel applicaties zoals bijvoorbeeld tekstverwerkers of database programma’s, zullen een vorm van AI krijgen. Bij AI gaat het om machines die intelligent gedrag of acties vertonen. Hier vallen machines onder die op een zeker niveau kunnen redeneren en beslissen, die natuurlijke taal begrijpen en kunnen gebruiken, die zelfstandig nieuwe dingen kunnen leren. Hierover volgt later meer.
Dergelijke intelligente softwaresystemen zijn steeds meer terug te zien op de werkplek. Het is belangrijk om deze innovatie te zien als een manier om de menselijke activiteit te vergroten, niet om deze te vervangen. Bijvoorbeeld apparaten die semiautomatisch of automatisch taken uitvoeren zonder supervisie, zoals in de landbouw, schoonmaak of gezondheidszorg. Veel technologische ontwikkelingen staan in het teken van dienstverlening aan de mens. Ze moeten processen en taken versimpelen, inzichtelijk maken en efficiënt maken. Ontwikkelingen op dit gebied zijn bijvoorbeeld blockchain technologie en robotica.
Robotica
De robotica is de tak van de wetenschap die zich met het ontwikkelen en bestuderen van robots bezighoudt. In de zorg worden al allerlei huishoudrobots ingezet. Zo is er een stofzuigerrobot, een dweilrobot en een grasmaairobot. Daarnaast zijn in de zorg andere robots uitgeprobeerd, waarbij gekeken is naar de zinvolle mogelijkheden van zorgrobots. Dit gebeurde in de werkplaats ‘Zinvolle robotica in de zorg’ van Zorg voor Beter. Neem bijvoorbeeld robot Pepper, een sociale robot die ouderen activeert en vermaakt. Dit is een humanoïde robot. Dit betekent dat deze een menselijke vorm heeft. Pepper heeft gezichtsherkenning en spraakherkenning en kan met cliënten communiceren via spraak en via het scherm op zijn buik. Een andere zorgrobot is Zora. Zora is eveneens een humanoïde robot maar kleiner dan Pepper. Zora wordt vooral ingezet tijdens bewegingsactiviteiten, bijvoorbeeld bij revalidatie. Zora kan ook cliënten vermaken: ze kan dansen, verhalen vertellen en spelletjes spelen. Zora wordt vooral gebruikt in groepsverband. Voor mensen met dementie of autisme die van katten houden is er JustoCat. De JustoCat is ontwikkeld als alternatief voor echte huisdieren. Hij heeft dezelfde grootte, hetzelfde gewicht, spint en miauwt en reageert op aanrakingen. JustoCat roept positieve herinneringen op; hierdoor voelen dementiepatiënten zich beter. Ook in veel fabrieken en op werkplaatsen kom je steeds meer robots tegen, de zogenoemde industriële robots. Er worden flexibele en slimme robots ingezet voor bijvoorbeeld lopendebandwerk, sorteerwerk en kwaliteitscontroles. De inzet van deze robots scheelt niet alleen in de personeelskosten maar maakt het tevens mogelijk om steeds meer karweien in eigen beheer te houden. In het onderwijs en verschillende ziekenhuizen wordt ook gebruik gemaakt van robots. In het onderwijs dient de robot ter ondersteuning van de leraar; hij biedt hulp bij repetitieve taken. De leraar kan zich dan meer concentreren op het sociale aspect van lesgeven. Medische robots verrichten handelingen variërend van hand en spandiensten tot het uitvoeren van microchirurgische ingrepen.
Kunstmatige Intelligentie (AI)
AI staat voor intelligente systemen die zelfstandig taken kunnen uitvoeren in complexe omgevingen en eigen prestaties verbeteren door te leren van ervaringen. Algoritme is de sleutel om tot kunstmatige intelligentie te komen. Algoritme is een reeks instructies of regels die je van een startpunt naar je einddoel leiden, wat het doel ook is. Om te voorkomen dat er iets misgaat, moet je het algoritme uitbreiden met extra regels.
Algoritme is de taal waarmee je systemen opdrachten laat uitvoeren. Algoritme is een vaste instructie van stappen die je kunt uitvoeren. Soms is zo’n stap afhankelijk van de vorige (als – dan). Door algoritmen kunnen systemen sneller en efficiënter werken dan mensen. Systemen lossen met behulp van algoritmen allerlei verschillende soorten puzzelstukken op. De computersystemen herkennen patronen en op basis van de patronen nemen de computersystemen besluiten.
Machine learning is een vorm van kunstmatige intelligentie die gericht is op het bouwen van systemen die van verwerkte data kunnen leren of data gebruiken om beter te presteren. Machines die zelf kunnen leren en daardoor steeds slimmer worden. Door een algoritme meer en meer voorbeelden te laten zien wordt het steeds beter in een betreffende taak. Supervised learning is een machine learning methode waarin je werkt met gelabelde data waarmee je voorspellingen wilt doen; het is leren aan de hand van voorbeelden. Reinforcement learning is leren van feedback die je krijgt, dus: proberen, proberen en proberen. Het zelf leren heeft als doel: het ideale gedrag ontdekken voor de best haalbare prestaties. Bij unsupervised learning krijg je alleen data, geen labels. Je dient zelf uit te vogelen welke kennis in die data verstopt zit. Dit wordt ook wel clusteren genoemd. Je vertelt niet waar de computer op moet selecteren of welke eigenschappen hij kan vinden in de data. Dat mag de computer zelf uitzoeken.
Een andere methode van supervised learning is classificeren: het in groepen indelen. Je geeft heel veel voorbeelden van bijvoorbeeld een appel en een peer, en dan leert de computer daarna om dat zo goed mogelijk zelf te doen. In dit geval worden dus voorbeelden gegeven van de plaatjes en de labels die erbij horen. Bij clusteren geef je alleen de plaatjes.
Deep learning is een discipline van machine learning. Deze technologie kan veel meer data analyseren. Zoveel data zelfs dat systemen patronen ontdekken die getrainde mensen hoogstwaarschijnlijk zouden missen. Deep learning is een aaneenschakeling van wiskundige vergelijkingen en kan in tegenstelling tot machine learning uit de voeten met ongestructureerde data. Het kan zelf patronen ontdekken door te oefenen met grote hoeveelheden testdata. Deep learning is losjes gebaseerd op hoe onze hersenen werken.
De overheid maakt gebruik van computerbesluiten. Deze besluiten hebben vaak met geld te maken. Daar is makkelijk mee te rekenen. Computers zijn door mensen gemaakt: mensen maken fouten en dus dan de computers ook. Dit kan bestaan uit het hebben van vooroordelen en dat ze dus niet neutraal zijn. Het is daarom essentieel dat data representatief zijn, worden beschermd en voor de juiste doeleinden worden gebruikt. Het is belangrijk dat systemen transparant blijven en je inzicht kunnen geven hoe ze tot een beslissing zijn gekomen.
Vraag jij je nu af of jouw baan in de toekomst door een robot zal worden overgenomen of jouw baan overbodig wordt of dat alleen het takenpakket verandert? Van belang hierbij is wat wij verstaan onder een beroep of baan. Een beroep of baan is een bundeling van taken. Repetitief, overzichtelijk en mensondersteunend werk zal hoogstwaarschijnlijk door robots worden overgenomen. Maar vergeet de sociale intelligentie niet. Omvat een baan voornamelijk het voeren van gesprekken? Voor kunstmatige intelligentie is dit moeilijk. Het is aan ons om sociale vaardigheden te ontwikkelen om op een gezonde, respectvolle, vriendelijke, constructieve en nuttig kritische manier met elkaar om te gaan. Vooral de aard van ons werk zal veranderen. AI systemen zijn juist goed in administratieve taken. Nieuwe technologie leidt tot nieuwe welvaart. En dat leidt weer tot nieuwe banen en nieuwe inkomens.
Web3 (Web 3.0)
Web3 is een nieuwe vorm van het internet, waarbij de macht niet meer in handen is van de Big Tech-platforms, zoals bijvoorbeeld Facebook en Google. Deze nieuwe generatie van internet kan dus niet worden gecontroleerd door een centrale macht. In dit volgende tijdperk van internet heb je niet meer voor elke website een apart account nodig. Je hebt dan maar één sociaal account dat je kan gebruiken voor Facebook, Twitter, Google, webwinkels en allerlei andere diensten. Je internetgebruik zal worden vastgelegd op een blockchain en niet op servers van clouddiensten. Web3 gaat over het decentrale internet waarbij data, spullen en identiteit helemaal van jezelf zijn. In Web3 kunnen we onderling niet alleen informatie, maar ook digitale spullen en cryptovaluta met elkaar uitwisselen. Zonder bank of tussenpersoon.
Even terug in de tijd
Web 1.0, ook wel het statische web genoemd, was het eerste en meest betrouwbare internet in de periode van 1989 tot 2005. Het wordt het statische web genoemd omdat je vooral informatie kon opvragen. Er was weinig tot geen gebruikersinteractie. Web 1.0 had geen algoritmen om internetpagina’s te doorzoeken, waardoor het vaak lastig was om relevante informatie te vinden. Web 1.0 was als het ware een smalle eenrichtingsweg. Het creëren van inhoud werd gedaan door een select groepje en de informatie kwam voornamelijk uit mappen.
Vanaf 2005 kwam het Web 2.0, ook wel het sociale web genoemd, in opkomst. Web 2.0 heeft het internet een stuk interactiever gemaakt dankzij verbeteringen in web-technologieën. Startups en interactieve webplatforms zoals Google, YouTube, Facebook, Wikipedia etc. hebben de weg vrijgemaakt voor sociale netwerken en commerciële toepassingen. De gebruikers creëren nu, in tegenstelling tot Web 1.0, de inhoud. De informatie wordt nu gedistribueerd en gedeeld tussen verschillende platforms en applicaties.
Twee belangrijke pijlers van het Web 3.0 zijn het semantisch web en AI. Nog twee andere belangrijke pijlers zijn ubiquity en 3D graphics. Hieronder een bespreking van deze vier pijlers.
Ubiquity
Ubiquity betekent overal zijn of kunnen zijn en dan vooral op hetzelfde moment. Met andere woorden: alomtegenwoordig, oftewel ubique. Als je het zo bekijkt is Web 2.0 al ubique. Elke sociale media gebruiker kan immers onmiddellijk informatie delen zodat het direct voor iedereen beschikbaar is. Web 3.0 gaat nog veel verder in ubiquity. Dankzij IoT zijn niet alleen computers en smartphones verbonden met internet maar ook slimme apparaten.
Semantisch web
Semantiek is de studie van de relatie tussen woorden. Hierdoor kunnen machines betekenis en emoties ontcijferen door gegevens te analyseren. Internetgebruikers krijgen dan een betere ervaring dankzij verbeterde interactie met het web. Web 3.0 interpreteert wat je invoert en begrijpt wat je overbrengt. Of het nu via tekst, spraak of andere media is, Web 3.0 is meer op jou afgestemd dan ooit tevoren. Bestaande bekende toepassingen zijn Siri van Apple en Bixby van Samsung. Deze en andere toepassingen worden steeds slimmer en er komen er steeds meer.
AI
AI staat voor intelligente systemen die zelfstandig taken kunnen uitvoeren in complexe omgevingen en eigen prestaties verbeteren door te leren van ervaringen. Omdat Web 3.0 machines de betekenis en emoties kunnen lezen en ontcijferen, creëert het intelligente machines. Hoewel Web 2.0 dat ook kan, is AI nog steeds voornamelijk op mensen gebaseerd. Dat geeft ruimte voor corrupt gedrag, bijvoorbeeld vervalste reviews. Een online beoordelingsplatform kan gewoon een grote groep mensen verzamelen en betalen om positieve recensies te schrijven. Daarom heeft het internet AI nodig om desinformatie te onderscheppen zodat internetinformatie wel betrouwbaar is.
3D graphics
Sommige futuristen noemen Web 3.0 ook wel het ruimtelijke web omdat het de grens tussen het fysieke en het digitale wil vervagen. Door de revolutie in grafische 3D-technologie, ontstaan virtuele werelden. Dit wordt ook wel de metaverse genoemd, waarover later meer. Inmiddels bekende voorbeelden zijn Decentraland en The Sandbox. Decentraland is een decentraal virtual reality platform dat wordt aangedreven door de Ethereum-blockchain. Binnen de Decentraland wereld kunnen gebruikers creëren, ervaren en geld verdienen aan wat ze bouwen en wat ze bezitten. The Sandbox is een play-to-earn (P2E) blockchaingame. The Sandbox werkt zoals veel metaversegames op de blockchain van Ethereum. The Sandbox is een virtuele wereld, gemaakt voor en door de gebruikers zelf, waarbij spelers kunnen bouwen, land bezitten en geld verdienen met de SAND-token, de belangrijkste token in het decentrale platform. Dit is een utility-token; deze hebben een functie binnen het platform. Zo gebruiken spelers deze tokens om aankopen te doen in de virtuele wereld. In de metaverse gaat het niet alleen om futuristische speltoepassingen maar andere sectoren zoals e-commerce, onroerend goed, gezondheid en nog veel meer, worden onderdeel van de metaverse.
Web 3.0 brengt een persoonlijkere en meer op maat gemaakte browse–ervaring. Slimmere en meer mensachtige virtuele assistenten helpen jou daarbij. Door blockchain technologie wordt het internet decentraler, rechtvaardiger en betrouwbaarder dan het Web 2.0. Dankzij self souvereign identity (SSI) kan elke individuele gebruiker weer de baas worden over zijn eigen data in plaats van de grote tech bedrijven. Net zoals Web 1.0 en 2.0 ons leven heeft veranderd, gaat Web 3.0 dit gegarandeerd doen.
Metaverse
Het is goed even stil te staan bij de betekenis. Metaverse is een samenstelling van Metaverse meta (ook wel ‘beyond’ ofwel ‘voorbij’) en universe (ofwel een uitgebreide realiteit). De metaverse kan worden omschreven als een virtuele ruimte die alle virtuele werelden aan elkaar verbindt door gebruik te maken van het internet en augmented reality (realiteit aangevuld met digitale elementen). Je zou de metaverse kunnen zien als de volgende fase van het huidige internet: het (nu nog) tweedimensionale, platte internet verandert naar een driedimensionale, ruimtelijke vorm. Een allesomvattende digitale wereld die parallel aan de echte wereld bestaat.
In 1992 gebruikte sciencefictionschrijver Neal Stephenson de term metaverse in zijn roman Snow Crash. Het is het verhaal van een pizzakoerier die in zijn vrije tijd naar de Metaverse ontsnapt – een gesimuleerde wereld waarin de bewoners in het leven kruipen van de avatars die ze zelf ontworpen hebben.
In de metaverse is alles met elkaar verbonden en is al het virtuele net zo ‘echt’ en ‘permanent’ als de dingen, mensen, ervaringen en omgevingen in onze echte wereld. Denk aan Virtual Reality en Augmented Reality, avatars, hologrammen, ’teleportatie’ en meer. De meeste metaverseplatforms draaien op blockchain. En hoewel de metaverse parallel loopt met de echte wereld, is het er tegelijkertijd ook een verlengstuk van. Het idee achter de metaverse is om binnen gedeelde, multidimensionale digitale ruimtes met elkaar in contact te kunnen zijn. Ruimtes waarin mensen zich in digitale werelden en content onderdompelen en deelnemen aan virtuele activiteiten – zoals virtuele evenementen op virtuele locaties bijwonen – in plaats van als toeschouwer naar content te kijken of luisteren.
De metaverse is nog een toekomstperspectief. Het is nog niet ‘af’. De meeste voorbeelden van huidige metaverse ontwikkelingen spelen zich af in de game wereld, zoals Decentraland en The Sandbox.